.

.

.

.

maandag 24 augustus 2015

Dagboek deel 058 Zoekend naar zekerheid


donderdag, 29-05-2008

‘t Is donker buiten. Zo donker, dat ik de lamp aan moet doet doen.
Het waait een beetje en de lucht ziet er behoorlijk onheilspellend uit. Het zou wel eens zwaar kunnen gaan ‘spoken’. Toch is het niet koud. Ik hoop maar dat het tussen 18:00 en 20:00 uur droog is, want ik moet nog collecte lopen...

Gistermiddag ben ik ‘even’ bij Johan geweest. Nog even elkaar zien, voordat hij naar z’n kleinkinderen gaat in italië. Het was op dat moment heerlijk weer en hoewel de zon niet scheen, was het toch een graadje of 24, schat ik. Bij aankomst zijn we direct een stukje gaan lopen, richting de markt. Ondanks de kaalheid en lelijkheid van de Hengelosche markt was het toch tamelijk druk.
Wel, eerst maar eens een visje happen...
Ik liep naar een viskraam toe, maar Johan wilde naar ‘die ene’ kraam, direct op de hoek van de markt. “Daar kom ik elke week en met die vrouw heb ik altijd een grappig onderonsje.”
Begrijpelijk. Nu naar de kraam ernaast gaan voelt bijna als een soort verraad..
Ach ja..zo hebben we allemaal onze eigenaardigheden.
Na de kibbeling was het tijd om te “Wibreren” (naar de Wibra), alwaar ik me een poloshirt heb laten aansmeren voor € 2,50. Dat wordt de komende maand op een houtje bijten...
Normaal gesproken steek ik in Hengelo altijd even een kaarsje op in de Lambertus voor m’n zus, maar nu kwam het daar niet van. We kwamen er simpelweg niet langs. Misschien later nog.
Verderlopend kwamen we langs een terrasje waar we even neerstreken. Genietend van m’n Hoegaarden Witbier, mensjes kijken... Er was daar ook iemand, die tamelijk luidruchtig was. Waarschijnlijk aangeschoten...
Vroeger zou ik me wezenloos geërgerd hebben, maar nu was er meer een soort schaamte. Schaamte naar het voorbijlopend publiek en andere gasten toe. Misschien ken je dat wel: dat iemand zo luidruchtig is, dat je je gewoon een beetje ongemakkelijk gaat voelen.

Na betaald te hebben liepen we weer terug via de Brinkstraat, waar we aan de overkant nog even zijn neergestreken bij een overdekt terras. En daar kwam het gesprek bijna als vanzelf op het geloof. Nou weten jullie inmiddels allemaal wel, hoe geweldig belangrijk mijn geloof in de Here Jezus voor mij is en wat het met mij gedaan heeft en doet. Regelmatig praten Johan en ik hierover en soms zegt hij dan ‘jaloers’ te zijn op mijn zekerheid. Johan gelooft wel/niet. Dat wil zeggen: hij wíl wel, maar kan niet. Dat kun je trouwens ook goed opmaken uit zijn site. Johan wil zekerheid. Bewijs. Dat is voor hem al een zoektocht en strijd, zolang hij zich kan herinneren. En omdat God niet zomaar met een enorme bliksemschicht, gedonder en een heleboel rook ‘gevleugelde engelen’ naar beneden laat dalen pal voor zijn neus, moet hij dat bewijs dus vinden/zien in de volgelingen van Jezus. De christenen dus.
En hoe Johan over verreweg het grootste deel van de christenen denkt moge duidelijk zijn. Z’n site staat bol van (terechte) kritiek op veel christenen, die zeggen de Here Jezus te volgen, maar ondertussen wel van alles en nog wat doen dat tegen Zijn Wil ingaat.
Gods woord vertelt veelvuldig over dit soort mensen. Valse vroomheid e.d. zijn ook in de bijbel aan de orde van de dag en de Heer is daar buitengewoon duidelijk over.
“Goed”, zeg ik dan, “je zegt zelf al, dat er ook best uitzonderingen zijn. Mensen, die wèl heel duidelijk leven, zoals Jezus dat bedoelt. Zoals bijv. Anne v.d. Bijl. Als je God zoekt, zoek Hem dan, waar je Hem vinden kunt: in díé mensen! En richt je niet steeds op hen, die Hem eigenlijk verraden.”
Op een bepaald moment zei Johan:
“Misschien probeer ik wel, het positieve te bewijzen vanuit het negatieve. Waar een ‘negatieviteit’ is, moet nl. ook een positiveiteit zijn.”
Dat is waar.
Maar het negatieve is al bewezen. dat zien we elke dag en overal om ons heen. En dus: is daarmee het Positieve ook bewezen. En dat je het negatieve met een gerust geweten als een persoonlijkheid kunt zien, het kwaad, móét het Positieve ook wel een persoonlijkheid zijn...

Als je eenmaal zover bent, rest alleen nog de wil om je daaraan over te geven.
Wat voor mij een vanzelfsprekendheid is geworden, is echter voor Johan en velen met hem een innerlijke strijd, die soms jaren aanhoudt. God wel willen volgen, maar toch eerst overtuigd worden met bikkelharde en glasheldere bewijzen, waar geen rechter een speld tussen kan krijgen.
Maar dat is het ‘em nou net!
Geloven betekent voor mij dat ik me onvoorwaardelijk heb overgegeven aan de Here Jezus.
Alles wat ik dacht te weten, wordt op dat moment Geloven. Dat is geen uiterlijk kenmerk, integendeel: juist door die volledige overgave, leg ik mijn  hele leven en alles dat mij bezighoudt in de handen van de Heer. Ik vraag niet meer om een gunst of bewijs. Ik zeg daarmee juist: Heer, bepaalt U maar, hoe het nu verder moet. Misschien kan ik nog niet volledig op U vertrouwen, maar dat wil ik wel leren. Leer mij alstublieft om bij alles wat ik doe telkens eerst naar U te kijken.

Ik zie het een beetje als het contact met een advocaat.
Hij is bezig met jouw zaak en adviseert jou. Je vraagt hem wat verstandig is om te doen of juist niet te doen. Hij stelt een brief op met punten, waar je aan moet denken en dingen die je moet ondernemen. Je vertrouwt hem, hij heeft ervoor geleerd en in zijn professie heeft hij het beste met je voor. Door zijn instructies en adviezen op te volgen, maak je een grote kans van slagen als jouw zaak bij de rechter komt.
Zo is het met de Here Jezus ook.
Waarom zou je niet naar Hem toegaan? Wat zou je mogelijkerwijs kunnen verliezen? Toch niets??? Je kunt er alleen maar bij winnen. Je raakt niets kwijt, je krijgt er alleen iets bij. Iets, zó mooi, daar kan niets in deze wereld aan tippen!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten